Bijna 70 procent van de mensen die door het Algemeen Dagblad zijn ondervraagd, vrezen een aanslag in Nederland. De belangrijkste reden zijn de aanslagen van 13 november in Parijs. Bijna de helft van de geënquêteerde mensen voelt zich sinds die tijd onveiliger. Bij vrouwen (55 procent) is dat vaker zo dan bij mannen (35 procent). Dertigers (51 procent) zijn ook banger dan 70-plussers (39 procent).
Of iemand in een stad of een dorp woont, maakt volgens het onderzoek weinig uit voor het veiligheidsgevoel. Wel maakt het een groot verschil of mensen wel of niet het nieuws volgen. Van de eerste categorie voelt 58 procent zich minder veilig, terwijl van de mensen die niet geïnteresseerd zijn in wat er in de wereld gebeurt maar 32 procent angstig is voor terrorisme. Van de mensen die de actualiteit volgen rekent 78 procent op een aanslag, van de mensen die dat niet doen 49 procent.
In Parijs waren twee weken geleden een stadion, caféterrassen en een concertzaal het doelwit van terroristen, in Hannover moest de vriendschappelijke voetbalwedstrijd tussen Duitsland en Nederland worden afgelast vanwege terreurdreiging en het centrum van Brussel werd de afgelopen weken beveiligd door militairen. Toch is dit voor veel Nederlanders geen reden om bepaalde plekken te mijden. Wie dat wel doet, probeert vooral drukke plaatsen, stadions en concertzalen te mijden. Genoemd worden bijvoorbeeld de drukke kerstmarkten in Duitsland. Ondanks de terreurdreiging blijft 41 procent van de ondervraagde personen wel vinden dat Nederland moet meevechten tegen IS. Over de inzet van grondtroepen in Syrië en Irak is echter maar 33 procent enthousiast.