Ondernemersvereniging EVO pleit voor één centraal meldpunt voor incidenten met gevaarlijke stoffen. Afhankelijk van de aard en locatie van een incident, moet een melding bij meerdere organisaties worden doorgegeven. Een landelijk opererend meldpunt waar alle meldingen binnen komen, moet alle relevante overheidsdiensten op de hoogte stellen zodra iets verkeerd gaat met gevaarlijke stoffen, vindt EVO.
De belangenbehartiger voor twintigduizend handels- en productiebedrijven verwacht dat het instellen van één centraal meldpunt drempelverlagend werkt, en dat daarmee het aantal meldingen toeneemt, aldus NU.nl. Afgelopen weekeinde bleek dat veel bedrijven zich niet aan de wettelijke meldplicht houden voor incidenten tijdens het vervoer van gevaarlijke stoffen. Het gaat om stoffen die al in kleine hoeveelheden levensgevaarlijk voor mens en milieu kunnen zijn. Kamerleden willen opheldering van staatssecretaris Mansveld van Infrastructuur over het niet naleven van de meldingsplicht.
De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) verklaart zelf ook in een memo dat de meld- en registratieprocedure vaak incidenten te omslachtig is. Sommige vervoerders weten niet dat zij een incident bij de inspectie moeten doorgeven. Ook laten zij meldingen soms achterwege uit angst voor een boete. Voor het niet-melden van een incident kan ILT een proces-verbaal opmaken. Het Openbaar Ministerie bepaalt in zo’n geval of en hoe streng er gestraft wordt.
Als een bedrijf de Wet vervoer gevaarlijke stoffen overtreedt, kan de straf oplopen tot een gevangenisstraf van zes jaar of een geldboete van maximaal 78.000 euro. Het bedrijf kan ook volledig stil worden gelegd.