De hele Tweede Kamer is en blijft bezorgd over de aanpak van de zware criminaliteit in Nederland. Politie en justitie zouden over te weinig mensen en capaciteit beschikken, aldus de oppositie. Die dringt aan op meer geld voor uitbreiding, maar extra budget is er niet. De discussie volgt op de huidige liquidatiegolf tussen bendes, waarbij ook omstanders grote risico’s lopen.
Behalve de liquidaties, gaat het ook om de florerende drugshandel en pogingen van criminele organisaties om vooral in het zuiden van Nederland het bestuurlijk gezag te ondermijnen. SP, PVV, D66, CDA, ChristenUnie en de Groep Bontes/Van Klaveren vinden dat minister Ard van der Steur van Veiligheid en Justitie hier veel steviger tegen op moet treden. Die zegt op zijn beurt dat hij de zorgen en afschuw deelt, maar dat hij ook wel degelijk de aanpak intensiveert. Politie en Openbaar Ministerie zetten volgens de minister meer in op dit soort zaken en werken daarbij nauw samen met andere instanties.
Van der Steur zegt ook een enorme ‘ambitie’ onder burgemeesters te signaleren om de misdaad tegen te gaan. Aan de andere kant bekent hij dat er momenteel geen extra geld is voor de bestrijding van zware criminaliteit. Hij acht dat ook niet direct nodig, omdat Nederland volgens hem steeds veiliger wordt. Zowel het aantal gevangenen, overvallen en woninginbraken zou spectaculair dalen. De oppositie is het daarmee niet eens. Die zegt dat verontruste burgemeesters aan de bel trekken omdat de politie te veel zaken op de plank laat liggen, omdat agenten steeds elders tijdelijk een gat moeten vullen.