De brandweer heeft in de periode 2016-2018 ruim achthonderd personen gered bij 245 woningbranden. De meeste reddingen gebeurden ’s avonds en ’s nachts. Veel reddingen vonden plaats in gestapelde bouw, met name in portiekflats. Dat blijkt uit het onderzoek ‘Reddingen bij brand 2016-2018’ van de Brandweeracademie.
Uit het onderzoek blijkt ook dat door rook belemmerde vluchtwegen de belangrijkste reden waren om een redding uit te voeren. Rook was ook, meer dan brand, de oorzaak van letsel bij slachtoffers. De cijfers zijn volgens de onderzoekers in lijn met die over de jaren 2014-2015.
Het doel van het onderzoek was om inzicht te krijgen in de reddingen bij woningbranden. Het ging daarbij niet alleen om het aantal geredde personen, maar vooral ook om de omstandigheden waaronder de reddingen plaatsvonden. In een groot deel van de gevallen (84 procent) werden de personen gered uit een omgeving waarin sprake was van lichte (49 procent), of zware (35 procent) rookontwikkeling. Het redden gebeurde vaak met een redvoertuig, maar ook andere hulpmiddelen zoals vluchtmaskers, revitox (aansluiting op de ademlucht van een manschap) of een handladder werden gebruikt.
De Brandweeracademie heeft de data voor dit onderzoek verzameld via mediaberichten en via informatie die de brandweerkorpsen en brandonderzoekers van de teams Brandonderzoek hebben aangeleverd. De reddingen die aan de gehanteerde definitie voldoen, zijn onderzocht op basis van ingevulde vragenlijsten. Vervolgens zijn de reddingen geanalyseerd in een algemene analyse en een analyse per reddingstype.
Klik hier voor meer informatie.