Twee verdachten stonden woensdag voor de rechtbank Zwolle terecht voor fraude met mondkapjes. Volgens het OM hebben de twee een belangrijke rol gespeeld bij het oplichten van twee kopers die voor een buitenlandse overheidsinstelling mondkapjes moesten kopen.
Het OM verwijt beide verdachten oplichting, valsheid in geschrift en witwassen in de periode van begin maart tot begin april van dit jaar. De verdachten hebben volgens de officier (samen met anderen) een buitenlandse overheidsinstelling voorgespiegeld elf miljoen mondkapjes te leveren voor 4,4 miljoen euro. Hiervoor hebben zij een aanbetaling gevraagd van 880.000 euro.
Het geld werd overgemaakt op een rekeningnummer van een bedrijf van één van de verdachten. Daarna werd een deel contant opgenomen en de rest van het geld werd weggesluisd naar bankrekeningen in binnen- en buitenland. Om de ontvangst van het geld te verklaren werden valse documenten opgesteld en vervolgens werd het volledige bedrag witgewassen. Door actief optreden van de banken kon een groot deel van het witgewassen geld worden veiliggesteld.
“De koper van de mondkapjes, een buitenlandse overheidsorganisatie, wilde zijn zorgverleners beschermen en voor hen beschermingsmiddelen organiseren. Doordat de vraag naar beschermingsmiddelen het aanbod overstijgt, er schaarste is en omdat geen enkele regering zijn zorgverleners zonder de noodzakelijke beschermingsmiddelen wil laten werken, zijn er buiten de gebruikelijke kanalen om en zonder uitgebreide achtergrond onderzoeken zaken gedaan om die beschermingsmiddelen veilig te stellen. Men kon eenvoudigweg niet anders. Van die schaarste, van die druk en van die wens om beschermend op te treden om zorgverleners te kunnen beschermen in deze crisis hebben deze verdachten misbruik gemaakt”, aldus de officier.
Tegen een eerste verdachte is de eis een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van vier jaar. De tweede verdachte hoorde een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van drie jaar tegen zich eisen. Tegen het bedrijf dat door verdachte gebruikt werd bij deze oplichting eiste de officier een geldboete van 250.000 euro.