Het beeld dat er sprake is van een steeds jongere leeftijd van verdachten en daders, wordt niet teruggevonden als een algemene ontwikkeling in de (landelijke) cijfers. Ook zijn er geen aanwijzingen dat er op de langere termijn sprake is van verharding, althans niet in de zin dat jongeren vaker verdachte zijn van of veroordeeld voor ernstige geweldsdelicten.
Dit sluit echter niet uit dat er geen verjonging kan zijn bij bepaalde soorten misdrijven of in specifieke regio’s. Het percentage jongeren dat zelf zegt een delict gepleegd te hebben, is ongeveer tien keer zo hoog als het percentage door politie geregistreerde jeugdige verdachten.
Hoewel het dan vooral gaat om lichte vergrijpen die meestal niet tot vervolging zullen leiden, geeft het zicht op een deel van de delicten dat niet of beperkt in beeld is bij politie of justitie. Dit zijn bevindingen uit de twee onderzoeken van het WODC. Allebei onderdeel van het onderzoeksprogramma Monitor Jeugdcriminaliteit.
Overkoepeld beeld
Om te weten hoe het gaat met de jeugdigen in Nederland worden ontwikkelingen in de Jeugdcriminaliteit periodiek onderzocht en gebundeld door het WODC, in samenwerking met het CBS. De twee meest recente onderzoeken betreffen de ‘Monitor Zelfgerapporteerde Jeugddelinquentie 2023’ en de ‘Monitor Jeugdcriminaliteit 2000-2023 synthesestudie’. Die laatste geeft een overkoepeld beeld van de ontwikkelingen in de Jeugdcriminaliteit in Nederland tot en met 2023.
De geregistreerde jeugdcriminaliteit in Nederland is de afgelopen twee decennia fors afgenomen. Ten opzichte van de piekjaren in 2006-2008 is in 2023 sprake van meer dan een halvering in de aantallen jeugdige verdachten en strafrechtelijke daders. Geweldscriminaliteit is over het algemeen ook gedaald, hoewel die recent eerst een (lichte) toename liet zien gevolgd door een afvlakking daarvan.
Zo ligt het aantal misdrijven met een jeugdige verdachte waarbij (steek)wapens in het spel zijn, sinds 2019 (iets) hoger dan de in de vijf jaren ervoor en is het aantal jeugdigen veroordeeld voor enkele ernstige geweldsmisdrijven zoals zware mishandeling of (poging tot) doodslag sinds 2017 toegenomen. De toename van ernstige geweldscriminaliteit door jeugdigen is in de laatste twee jaren afgevlakt en volgens het OM zelfs gedaald. Het is nog onduidelijk of die afvlakking doorzet.
Grote steden
De door de politie geregistreerde jeugdcriminaliteit is geconcentreerd in een klein aantal buurten, met name binnen de grote steden. Deze concentratie blijft door de tijd heen stabiel. Dit kan enerzijds komen door structurele sociale en economische kenmerken van buurten, anderzijds kan het met de beschikbare data te maken hebben. Waar politieregistraties duidelijke verschillen tussen bevolkingsgroepen en geografische regio’s laten zien, zijn die verschillen in de zelfrapportage veel kleiner of zelfs afwezig.
Op landelijk niveau is er nog weinig inzicht over ontwikkelingen in jeugdige verdachten en strafrechtelijke daders van cybercrime. Uit zelfrapportage blijkt dat cyber- en gedigitaliseerde delicten behoren tot de veelvoorkomende strafbare feiten die gemeld worden door jongeren. Het inloggen op andermans account zonder dat die daarvoor toestemming heeft gegeven (hacken) wordt het meest gerapporteerd, gevolgd door iets op internet kopen zonder het te betalen en diefstal van virtuele goederen in games.