De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) moet flink groeien om de bescherming van persoonsgegevens te kunnen waarborgen. Ook zijn er zorgen over de continuïteit van de AP in 2022.
Dat staat in het jaarverslag 2020 van de AP. Afgelopen jaar brachten verschillende coronamaatregelen privacyvraagstukken met zich mee. Voorbeelden zijn temperatuurmetingen, corona-apps, veilig thuiswerken en videobellen en het delen van locatiegegevens van alle Nederlanders. De AP bewaakte hierbij dat het grondrecht op bescherming van persoonsgegevens intact blijft, tijdens de crisis maar vooral ook daarna.
In het visiedocument ‘Focus 2020-2023: Dataprotectie in een digitale samenleving’ zijn drie focusgebieden benoemd waaraan de AP extra aandacht besteedt. Dat zijn datahandel, digitale overheid en artificiële intelligentie & algoritmes.
Tracking cookies
De AP deed in 2020 meerdere onderzoeken naar datahandel. Zo werden TikTok onderzocht, onderzoeken gestart bij meerdere handelsinformatiebureaus en onderzocht de AP bij verschillende organisaties hun gebruik van cookiewalls en tracking cookies. Ook werkte de AP mee aan onderzoeken van andere Europese privacytoezichthouders.
De AP publiceerde een groot onderzoek naar de verwerking van de nationaliteit van aanvragers van kinderopvangtoeslag door de Belastingdienst en deed de organisatie onderzoek naar smart cities.
In 2020 was gezichtsherkenning een belangrijk onderwerp. De AP wees de supermarktbranche op de regels voor gezichtsherkenning, deed een inventarisatie onder sectoren met interesse in gezichtsherkenning en gaf een supermarkt een officiële waarschuwing.
Financiële positie
In 2020 bleek uit onafhankelijk onderzoek door KPMG dat de AP zou moeten groeien van 184 fte naar 470 fte om alle wettelijke taken te kunnen uitvoeren. Hierop nam de Tweede Kamer in februari 2021 een motie aan om het budget van de AP te verhogen. De beslissing hierover is aan het nieuwe kabinet.