
Het kabinet onderschrijft de analyse en conclusies van de Onderzoeksraad voor Veiligheid na de moorden op de broer, advocaat en vertrouwenspersoon van de kroongetuige in het Marengo-proces. De aanbevelingen worden meegenomen bij de inrichting van het nieuwe stelsel van bewaken en beveiligen.
In afwachting op het rapport van de onderzoeksraad is de afgelopen jaren al gewerkt aan verbeteringen in de aansturing, informatie-uitwisseling en uitvoering binnen het stelsel bewaken en beveiligen. Deze recente verbeteringen waren volgens minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) noodzakelijk binnen de bestaande (wettelijke) kaders van het stelsel.
Het stelsel functioneert daarmee al niet meer zoals een paar jaar geleden. De ingezette verbeteringen binnen het stelsel zijn niet afdoende om de toenemende nieuwe dreigingen vanuit georganiseerde ondermijnende criminaliteit, geradicaliseerde eenlingen, tezamen met de dreiging vanuit terrorisme en statelijke actoren ook in de toekomst aan te kunnen. Het stelsel moet daarom worden vernieuwd.
Meer gericht op dreiging
Het nieuwe stelsel – het stelsel beveiligen van personen – is gericht op de beveiliging van ernstig bedreigde personen. Dit stelsel moet eenduidiger, meer gericht op dreiging en transparanter zijn dan het huidige stelsel van bewaken en beveiligen. In het nieuwe stelsel blijft de te bewaken persoon onverminderd centraal staan en er komt meer transparantie waar mogelijk.
Ook komt er een eenduidig gezag, zodat er geen sprake meer is van de complexe regie die het huidige stelsel kent. Dit gezag zal worden uitgevoerd door de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). De analysefunctie wordt geïnnoveerd, zodat dreigingsinschattingen en –analyses verbeteren en de toegang tot informatie ten behoeve van deze analysefunctie wordt verbeterd. Door gezamenlijke beveiligingsconcepten en -pakketten verder te ontwikkelen wordt de uitvoering van de beveiligingstaken door de politie en de Kmar eenduidiger.
Wettelijk kader
Daarnaast moet er een specifiek wettelijk kader komen voor het stelsel beveiligen van personen, waarin onder meer de nieuwe verdeling van verantwoordelijkheden wordt geregeld en de benodigde informatiedeling in het kader van bewaken en beveiligen wordt voorgeschreven. Als iemand dusdanig ernstig wordt bedreigd vanuit georganiseerde ondermijnende criminaliteit, geradicaliseerde eenlingen, of vanuit de dreiging vanuit terrorisme en statelijke actoren waardoor mogelijk maatregelen voor persoonsbeveiliging nodig zijn, dan raken daarbij verschillende partijen betrokken.
Naast de te beveiligen persoon zelf, hebben ook de werkgever en de overheid een rol. Er worden kaders ontwikkeld over wat van ieder van hen mag worden verwacht. Daarbij wordt onderzocht of en hoe dat de basis kan bieden voor een nadere invulling van de rechten en plichten voor te beveiligen personen. Ook komt er naast de eigen monitoring door de NCTV en het toezicht van de Inspectie Justitie en Veiligheid een nieuw in te richten onafhankelijk adviesorgaan dat adviseert over de kwaliteit van het functioneren van het nieuwe stelsel en de doorontwikkeling daarvan.