Opsporingsdiensten moeten zich aan strengere regels houden om bewaarde bel- en internetgegevens van burgers te mogen inkijken. Het kabinet wil opgeslagen data beter beveiligen ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer van mensen. Dat heeft minister Opstelten (V&J) gemeld.
Aanleiding voor de aanpassing is een uitspraak van het Europees Hof van Justitie uit april. Het Hof zette een streep door een Europese richtlijn voor de opslag van persoonsgegevens om zware misdaad te kunnen aanpakken. Volgens Opstelten betekent dat niet dat de Nederlandse regels ongeldig zijn, maar zijn wijzigingen wel nodig. De plicht voor providers om telecommunicatiegegevens op te slaan, blijft bestaan, maar de inzagetermijn verandert wel.
Zo moeten belgegevens twaalf maanden worden opgeslagen, maar mogen ze alleen die hele periode worden geraadpleegd tijdens een opsporingsonderzoek als op het misdrijf een straf van acht jaar of meer bestaat. Als het gaat om misdrijven waarop minder dan acht jaar cel staat, wordt de toegang tot de gegevens gehalveerd naar zes maanden. Voor opgeslagen internetgegevens blijft dat op zes maanden. Overigens mogen de opgeslagen telecommunicatiegegevens pas worden ingezien als de rechter-commissaris daarvoor toestemming geeft, aldus Opstelten. Ook komt er beter toezicht op de naleving van de regels en de beveiliging van de bewaarde data.
De minister benadrukt dat de bewaarplicht belangrijk is om zware misdrijven zoals mensenhandel, kinderporno, jihadisme en moord te kunnen bestrijden. Zonder telecommunicatiegegevens zou de aanpak van hiervan in gevaar komen of zelfs onmogelijk worden. Ook de Europese rechters gaven in hun arrest aan dat bewaring van telecommunicatiegegevens een waardevol instrument is bij strafonderzoeken en een algemeen belang dient. Uit de praktijk blijkt dat bij ernstige criminaliteit verdachten niet meteen in beeld komen. Daarom worden telecommunicatiegegevens die essentieel zijn voor het opsporingsonderzoek vaak pas in een later stadium opgevraagd, aldus Opstelten. Dit maakt de bewaarplicht noodzakelijk, evenals de huidige bewaartermijnen. Dat wil zeggen, een bewaartermijn van zes maanden voor internetgegevens (zoals IP-adressen) en twaalf maanden voor telefoniegegevens (zoals nummers en duur van het gesprek).