Er is grote onduidelijkheid over de handhaving van het aangepast Bedrijfsregeling Brandregres (BBr) dat op 1 januari 2014 ingaat. Dit leidt tot verhoogde risico’s en premies voor ondernemers, zo stelt assurantieadviseur Van Lanschot Chabot. Het BBr geeft brandverzekeraars het recht om een uitbetaalde schade op de schadeveroorzaker te verhalen. De toelichting van het Verbond spreekt over bij onzorgvuldig handelen. Echter, deze term is niet terug te vinden in het Brandregres zelf, aldus de assurantieadviseur.
Het is daardoor onduidelijk of dit het criterium is voor een verzekeraar om brandschade op de veroorzaker te mogen verhalen. Daarom pleit Van Lanschot Chabot voor meer duidelijkheid over de invulling van BBr 2014. De adviseur is er tevens fel op tegen dat het maximum te verhalen bedrag van vijfhonderdduizend euro binnen de zakelijke markt vervalt. Lando te Molder, directeur van Van Lanschot Chabot: “Hierdoor zijn bedrijven ineens oneindig aansprakelijk. Zonder objectief criterium en een maximum te verhalen bedrag, is het lastig de mate van aansprakelijkheid en het juiste verzekerde bedrag te bepalen. Daarbij is drie maanden veel te weinig tijd voor zowel de verzekeraars zelf, als adviseurs en hun klanten om voorbereidingen te treffen.”
De invoering van het aangepaste BBr op 1 januari 2014 is ondoordacht, vindt Guy Heuyerjans, specialist liability bedrijven en instellingen bij Van Lanschot Chabot: “Verzekeraars leggen dit de betrokken partijen op, zonder te luisteren naar hun wensen. De zakelijke markt moet daarnaast de tijd krijgen om zich gedegen tegen het verhoogde risico van aansprakelijkheid door brand in te dekken. Bovendien merken we dat de zakelijke markt onvoldoende op de hoogte is van de invoering van het Brandregres en de inhoud daarvan. Nu ontstaan ongewenste situaties. Het is lastig om klanten voor 1 januari 2014 van een juist advies op maat te voorzien en hun aansprakelijkheidsverzekering hierop aan te passen. Het is goed denkbaar dat de zakelijke markt vervolgens in dit krappe tijdsbestek op zoek gaat naar adequate dekking.
Omdat verzekeraars zich nu pas over de criteria van het Brandregres buigen, vreest Van Lanschot Chabot dat er niet alleen te weinig tijd is om te adviseren, maar ook voor verzekeraars om de polissen op de juiste manier aan te passen. Tenslotte is het vreemd dat de brandpremies niet omlaag gaan, nu de verzekeraars de schade kunnen verhalen op de veroorzaker. Zeker nu klanten meer moeten betalen voor een hoger verzekerd bedrag op de aansprakelijkheidsverzekering.”
Heuyerjans stelt voor het BBr uit te stellen, zodat de zakelijke markt hier beter op kan anticiperen. “Dan is er bovendien meer tijd voor het Verbond van Verzekeraars om duidelijkheid te geven over de term bij onzorgvuldig handelen.” Daarnaast stelt Te Molder voor het BBr trapsgewijs in te voeren, door bijvoorbeeld een plafond van vijf miljoen euro in te stellen. “Zo is er een objectieve standaard om de verzekering op af te stemmen”, betoogt hij. “Nu kan een bedrijf tot in het oneindige aansprakelijk worden gesteld. Het kwalijke gevolg is dat het totale verzekerde bedrag van zijn aansprakelijkheidsverzekering op gaat aan een Brandregres-claim. Dat is als het ware een bodemloze put. Dan blijft er geen dekking over voor andere risico’s als werkgevers- en productaansprakelijkheid.”
Een ander gevolg is het best uit te leggen aan de hand van het volgende voorbeeld. Zo kreeg Van Lanschot Chabot dit jaar een geval onder ogen van een bedrijf dat op de bovenverdieping een bar had. Hier was de mogelijkheid om te borrelen en de frituurpan aan te zetten voor wat hapjes. Het bedrijf kreeg niet alleen zelf te maken met een grote brand met veel schade, maar de brand sloeg over naar het bedrijf ernaast. De oorzaak bleek de frituurpan te zijn, die nog aanstond. In dit geval zal de verzekeraar van het naastgelegen bedrijf de schade willen verhalen op de veroorzaker. Dus de ondernemer van het bedrijf waar de frituurpan niet is uitgezet. Heuyerjans: “Het aangepaste Brandregres kan alle bedrijven treffen. Bedrijven die met brandgevaarlijk materiaal werken zoals in de chemische industrie, maar ook loodgieters, dakdekkers, installateurs of aannemers lopen echter een hoger risico. In het verleden waren verzekeraars terughoudend om schade op de veroorzaker te verhalen vanwege de kosten en een moeilijke bewijspositie. De verwachting is dat verzekeraars nu veel actiever het Brandregres gaan uitoefenen, omdat ze meer kansen zien om geld binnen te halen.”
Uit recent onderzoek van het TNS Nipo in opdracht van Van Lanschot Chabot blijkt dat weinig bedrijven genoeg cashflow hebben om na een calamiteit als brand langer dan drie maanden te kunnen doordraaien. In de zorgsector kan 31 procent dit niet, in de maakindustrie 40 procent, in de zakelijke dienstverlening 51 procent en in de ICT 54 procent. “Een dekkende verzekering is dus uiterst belangrijk”, aldus Heuyerjans. “Het BBr 2014 maakt het moeilijk om een verzekering passend te maken.”