Dat blijkt uit het onderzoek ‘Aard en omvang van criminele bestedingen’, dat in opdracht van het WODC is uitgevoerd naar de ondermijnende werking van witwassen. Het onderzoek bestaat uit twee delen. De Universiteit Utrecht voerde een schatting uit voor het witgewassen bedrag in Nederland en onderzocht de ondermijnende werking van witwassen op de reguliere economie. Onderzoeksbureau Ecorys richtte zich op het bestedingsgedrag van criminelen.
De schatting laat verder zien dat fraude en drugs veruit (meer dan 90 procent) de belangrijkste gronddelicten voor witwassen in Nederland vormen.
De meest recente schatting voor de omvang van het witwassen in Nederland voor het jaar 2004 kwam uit op 18,5 miljard euro. Hieruit volgt niet automatisch de conclusie dat er in 2014 minder geld is witgewassen dan in 2004, want inherent aan dergelijk complexe omvangschattingen zijn onzekerheidsmarges. Omdat de onzekerheidsmarges van de schattingen voor 2004 en 2014 elkaar overlappen is onbekend of het totale witwasbedrag is gestegen of is gedaald. In het onderzoek zijn de witwasstromen tussen bijna alle landen in de wereld geschat. De uiteindelijke schatting voor Nederland kwam tot stand door het optellen van de witwasstromen richting Nederland.
Uit interviews met gedetineerde criminelen bleek dat veel criminele uitgaven worden gedaan om te voorzien in dagelijkse levensbehoeften, niet alleen voor de crimineel zelf, maar ook voor zijn familie. Daarnaast werden relatief vaak beleggingen van crimineel geld in onroerend goed genoemd, met name in het buitenland. Het verplaatsen van crimineel geld naar het buitenland is relatief gemakkelijk uitvoerbaar. Het onderzoek leverde aanwijzingen op dat niet alleen criminele grootverdieners, maar ook de midden-categorie hun criminele inkomsten naar het buitenland verplaatst. Bij binnenlandse investeringen met crimineel geld wordt vaak gebruik gemaakt van tussenpersonen zonder strafblad, meestal uit de vrienden- of familiekring van de crimineel.
Voor Nederland grijpt witwassen vooral in op de reputatie en de winst van de financiële sector, output van de reguliere economie, werkgelegenheid, buitenlandse investeringen en de betrouwbaarheid van de economische statistieken. Daarnaast moet Nederland als handelsnatie letten op verstoringen van import en export en de besmetting van het bedrijfsleven en beroepsgroepen door witwassers.
Meer informatie hier is te vinden op de website van het WODC.