
De kosten van het organiseren van de NAVO-top in juni lijken twee keer zo hoog uit te vallen als in eerste instantie was geraamd. In de voorjaarsnota staat dat de top in Den Haag ‘vooralsnog’ 183,4 miljoen euro kost. Vorig jaar juli werd in officiële stukken een bedrag van 95 miljoen euro genoemd.
De oorzaak van de gestegen kosten zijn voornamelijk ‘noodzakelijke veiligheidsmaatregelen’. De NOS meldt dat die duurder uitvallen omdat de uitgaven ‘in de voorjaarsnota van 2024 nog niet konden worden ingeschat’.
De uitgaven worden gedaan door vier ministeries. Justitie en Veiligheid legt het meeste geld bij met bijna 82 miljoen euro, Binnenlandse Zaken 53 miljoen euro, Defensie ruim 42 miljoen en Infrastructuur en Waterstaat zo’n 6 miljoen euro.
In 2014 werd de wereldtop tegen nucleair terrorisme ook in Den Haag georganiseerd. Op basis van die ervaringen werd vorig jaar een bedrag van 95 miljoen euro genoemd dat de kosten van de aanstaande top zou moeten dekken.
Veertig wereldleiders
Dat bedrag is nu aangepast. Dat komt onder meer omdat de beveiliging dit jaar een stuk zwaarder zal zijn dan toen. Op de bijeenkomst worden meer dan veertig wereldleiders verwacht. Daarnaast zullen zo’n 6000 delegatieleden en 2000 journalisten aanwezig zijn. Die hebben allemaal onderdak nodig, net als duizenden politieagenten en beveiligers die tijdens de NAVO-top in Den Haag verblijven.
Door inflatie en personeelstekorten zijn beveiligers een stuk duurder geworden. Dat geldt ook voor het benodigde materieel. Daarnaast zijn nieuwe programmaonderdelen toegevoegd aan de top, zoals een speciale bijeenkomst over de defensie-industrie. Ook dat brengt extra kosten met zich mee.