Het lukt de Nederlandse politie maar moeilijk om plofkrakers aan te pakken. Volgens het AD zijn voor de 79 plofkraken die vorig jaar werden gepleegd, maar twee daders veroordeeld. De krant onderzocht hoe het ervoor staat met het onderzoek naar plofkraken. Vorig jaar werden 79 plofkraken gepleegd. Daarvoor werden volgens het AD twee verdachten veroordeeld. Er lopen ook nog twee rechtszaken tegen groepen die verdacht worden van elf plofkraken.
Het aantal plofkraken steeg vorig jaar van 56 naar 79. Dat is nog altijd minder dan op het hoogtepunt in 2013, toen waren het er 129. In Duitsland waren tussen januari en juli van dit jaar al 61 plofkraken. Vorig jaar werden in totaal veertig verdachten opgepakt. Veel van hen worden in verband gebracht met plofkraken in Duitsland. Daar zijn geldautomaten minder goed beveiligd dan in Nederland.
Het merendeel van de plofkraken werd dus niet opgelost, erkent ook de Nationale Politie in de krant. Volgens de politie worden de meeste plofkraken gepleegd door criminelen met een Marokkaanse achtergrond. Maar onderzoek van het AD laat een ander beeld zien. Het zouden vooral autochtone criminelen zijn uit Zeeland, Groningen en Overijssel die verantwoordelijk zijn.
In juli kondigde de politie een nieuwe aanpak aan om plofkraken te bestrijden. Nu probeert de politie daders nog op heterdaad te betrappen, maar omdat dat zelden lukt willen agenten voortaan criminele families intensief gaan volgen. Veel daders zouden familie van elkaar zijn.