Jaarlijks worden zo’n veertigduizend mensen als vermist opgegeven bij de politie. Zo’n 85 procent wordt binnen 48 uur gevonden. In mei vraagt de politie extra aandacht voor vermiste personen.
“Vermiste personen opsporen is maatwerk. Vanuit Operations bij de Landelijke Eenheid kunnen er snel besluiten worden genomen wanneer we welk middel inzetten. Het is belangrijk dat mensen weten dat we alles op alles zetten om iemand te vinden”, zegt Corine van de Linden, senior centralist meldkamer bij Operations.
Het eerste uur bij een vermissing is volgens haar cruciaal. “Het is belangrijk dat duidelijk is wat de situatie precies is, om zo de risico’s te bepalen die bij een vermissing horen. Wanneer iemand vermist is en medicijnen nodig heeft om in leven te blijven, dan spreken we van een urgente vermissing. Hetzelfde geldt als er een afscheidsbrief wordt gevonden. In dat soort gevallen zetten we vaak andere middelen in dan wanneer een zoon of dochter te laat is thuisgekomen na het stappen zonder verdere risico indicatoren.”
Burgernet
Basisteams hebben verschillende middelen tot hun beschikking om iemand op te sporen. Een middel dat vaak wordt ingezet bij een vermissing is Burgernet. “Daarmee kunnen we lokaal het publiek vragen om mee te zoeken naar een persoon, zonder dat het een al te grote impact heeft op de privacy van de gezochte.”
Wanneer iemand vermist is en het vermoeden bestaat dat de persoon mogelijk in gevaar of zelfs levensgevaar is, dan komt de Landelijke Eenheid bijna altijd in actie. “We kunnen besluiten om een helikopter in te zetten of speurhonden naar het zoekgebied te sturen. De meest gebruikte opsporingsmethode blijft het traceren van een telefoon, mits een vermiste die bij heeft natuurlijk. De telefoon of auto van een vermiste kan ook gebruikt worden om het zoekgebied van een helikopter of speurhond te bepalen.”