Van de buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) heeft 95 procent verbale agressie meegemaakt. Ook intimidatie (68 procent) en fysiek geweld (58 procent) komen veel voor. Dat blijkt uit onderzoek in opdracht van het WODC naar de werkomstandigheden van boa’s en wat daarin verbeterd kan worden.
Hoewel de afgelopen jaren professionalisering heeft plaatsgevonden stuiten boa’s op de nodige problemen in hun werk, zoals agressie en lastige of zeer beperkte samenwerking met de politie, aldus WODC. Bijna één op de drie respondenten zegt slachtoffer te zijn geweest van geweld door een collega.
Werkgevers kunnen gemeenten zijn, maar ook bedrijven voor openbaar vervoer of natuurbehoudorganisaties. Slechts de helft van de boa’s meent dat de werkgever voldoende doet bij de opvang van eventuele boa slachtoffers. Een derde van de boa’s vindt dat de werkgever genoeg doet aan het voorkomen van (de gevolgen van) incidenten. Vooral het oordeel van boa’s die werken in het openbaar vervoer is negatief. Agressie onder collega’s vereist volgens de onderzoekers een aparte aanpak.
Korte wapenstok
Ruim de helft van de geënquêteerde boa’s geeft aan behoefte te hebben aan meer bewapening, bijvoorbeeld een korte wapenstok. Nu hebben zij vaak alleen handboeien.
Werkgevers en leidinggevenden zijn er minder van overtuigd dat meer bewapening nodig is. Zij benadrukken dat goede afspraken over taken en samenwerking met de politie en een goede training relevanter zijn om te komen tot een veilige werksituatie. Eventuele bewapening dient volgens hen te worden gezien als sluitstuk.
Er is overlap tussen taken van boa’s en de politie. Dat er geen landelijke afspraken zijn tussen boa’s en de politie maakt het werk soms lastig. De onderzoekers geven aan dat goede praktische samenwerking met politie en zicht op risicovolle situaties en hoe daarin te handelen essentiële randvoorwaarden zijn voor taakuitvoering.
Ketenpartners
Sinds het begin van de coronacrisis wordt er vaker een beroep gedaan op boa’s voor de handhaving van maatregelen. Dit heeft als gevolg dat boa’s aangeven nog vaker dan normaal verbale agressie, intimidatie en fysieke agressie meemaken. Wel geven ze aan dat er door deze crisis nauwer wordt samengewerkt met ketenpartners, zoals de politie: de lijnen zijn korter en er wordt meer informatie gedeeld.