De rechtbank Noord-Holland heeft een 63-jarige man veroordeeld tot een celstraf van 18 maanden voor een overval op een supermarkt, een poging inbraak in een vakantiewoning en een winkeldiefstal. Dat gebeurde in Den Helder, Veere en Rotterdam in juli en augustus 2020. De verdachte pleegde deze feiten tijdens zijn verlof van een tbs-maatregel.
De verdachte kreeg in 1998 de tbs-maatregel met dwangverpleging opgelegd en verbleef in juli en augustus 2020 in een resocialisatie appartement van een transmurale woonvoorziening in Rotterdam om hem de kans te geven terug te keren in de maatschappij. Tijdens zijn verlof pleegde hij diverse ernstige misdrijven.
Hij bedreigde op 24 augustus 2020 een 17-jarige medewerkster van een supermarkt in Den Helder met een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en dwong haar geld uit de kassalade af te staan. Ook probeerde de verdachte in te breken in een vakantiewoning in Veere. Op het moment dat de verdachte werd betrapt, bedreigde hij de nietsvermoedende toevallige bezoeker van de vakantiewoning met een koevoet. Daarnaast heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan winkeldiefstal in vereniging in Rotterdam.
Tweede keer
Het is de tweede keer dat de verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan strafbare feiten tijdens de tbs-maatregel. Het OM eiste een celstraf van 36 maanden en acht een nieuwe tbs-maatregel met dwangverpleging nodig ter beveiliging van de maatschappij. De verdediging van de verdachte vindt een onvoorwaardelijke celstraf die langer is dan de tijd die hij in voorarrest heeft gezeten, niet op zijn plaats. Dit omdat de verdachte in detentie depressief wordt en hij meer baat heeft bij verblijf in een kliniek. De huidige tbs-maatregel moet volgens de verdediging worden gehandhaafd.
De rechtbank oordeelt dat de verdachte door deze feiten te plegen terwijl hij op verlof was, misbruik heeft gemaakt van het vertrouwen dat de tbs-kliniek in hem had. Dat rekent de rechtbank de verdachte zwaar aan. Voor dergelijke feiten is een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op zijn plaats. Het feit dat de verdachte in een tbs-kliniek verblijft en eerder in detentie depressief is geworden, is voor de rechtbank geen reden om een lagere straf op te leggen.