
Twee verdachten van 19 jaar uit Leusden en Amsterdam stonden donderdag voor de rechter omdat zij verdacht worden van een gewapende overval op een telefoonwinkel in Uitgeest. Daarnaast werden zij verdacht van wederrechtelijke vrijheidsberoving in vereniging, verboden vuurwapenbezit en opzetheling in vereniging. Beide mannen bekenden.
De officier van justitie achtte de vier feiten in de zaak van de 19-jarige man uit Leusden bewezen en eiste tegen hem 230 dagen jeugddetentie waarvan 115 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar, met aftrek van het voorarrest. Ook eiste de officier van justitie een werkstraf van 150 uur of wanneer deze niet wordt uitgevoerd, 75 dagen jeugddetentie.
Aan twee slachtoffers moet wat betreft het OM in totaal 3304 euro aan schadevergoeding worden betaald en 466,25 euro moet worden teruggegeven aan de rechthebbende. Gestolen items die bij de verdachte waren aangetroffen en in beslag zijn genomen, moeten wat betreft de officier van justitie verbeurd worden verklaard.
In de zaak van de 19-jarige Amsterdammer vroeg de officier van justitie voor opzetheling in vereniging vrijspraak. De andere drie feiten achtte de officier van justitie wettig en overtuigend bewezen. Tegen hem werd 320 dagen jeugddetentie geëist waarvan 90 dagen voorwaardelijk met aftrek van het voorarrest en een proeftijd van twee jaar plus de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering met dadelijke uitvoerbaarheid.
De man moet wat betreft het OM twee slachtoffers in totaal 4304 euro aan schadevergoeding betalen en een telefoon en 290 euro teruggeven aan de rechthebbende. Tot slot had de Amsterdammer een voorwaardelijke straf van 180 dagen jeugddetentie openstaan, hiervoor vorderde het OM de tenuitvoerlegging.
In beide zaken doet de rechtbank op 6 oktober uitspraak.