De Nederlandse inlichtingendiensten krijgen meer bevoegdheden om communicatie af te tappen, maar er moet ook strenger toezicht komen op de inzet van die bevoegdheid. Dat staat in een nieuw wetsvoorstel van het kabinet dat vrijdag is gepresenteerd door ministers Hennis (Defensie) en Plasterk (BZK).
Over de nieuwe Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv) wordt al sinds 2013 gediscussieerd. Toen besloot de speciaal opgerichte commissie-Dessens dat de AIVD en MIVD de bevoegdheid zouden moeten krijgen om ook communicatie via de kabel ongericht af te tappen. De Wiv werd in 2002 voor het laatst vernieuwd. In de huidige versie mogen de inlichtingendiensten alleen ‘niet-kabelgebonden’ communicatie, zoals satelliettelefoontjes, ongericht aftappen. Volgens de diensten is dit onvoldoende, omdat tegenwoordig juist steeds meer communicatie via kabels verloopt. Ook mobiele telefonie en mobiel internet wordt gezien als kabelgebonden, omdat het vanaf de zendmast via glasvezelkabels loopt.
De nieuwe versie van de Wiv verwijdert het onderscheid tussen communicatie via de kabel of via de lucht, maar voert wel extra toezicht in op elke beslissing om af te tappen. Nu kan dat nog met goedkeuring van de minister van Binnenlandse Zaken (AIVD) of Defensie (MIVD). Onder de nieuwe Wiv wordt een nieuwe commissie opgericht die verzoeken vooraf gaat beoordelen. Deze Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB) zal bestaan uit rechters, aldus Plasterk. De toetsing zal ook plaatsvinden bij de inzet van bevoegdheden die de inlichtingendiensten nu al hebben.