Vijftien controleposten van de politie die de afgelopen jaren bij joodse instellingen in Amsterdam stonden, verdwijnen vanaf maandag. De containers bij onder meer scholen en synagogen worden vervangen door een camerasysteem en een speciaal team.
Volgens de politie moet de nieuwe werkwijze leiden tot een slimmere methode van toezicht houden. De camera’s hangen inmiddels bij twintig joodse instellingen. Ze zijn volgens de politie goed wendbaar, kunnen nauwkeurig inzoomen en reageren als er ineens veel licht is, bijvoorbeeld bij een brand. De beelden worden 24 uur per dag, zeven dagen in de week vastgelegd, waardoor ze indien nodig ook zijn terug te kijken.
Daarnaast heeft de politie een team van 31 agenten aangesteld, dat zich specifiek bezighoudt met het toezicht op de joodse instellingen. Ze bekijken de camerabeelden, maar rijden ook dagelijks rondes in een speciaal uitgerust politievoertuig dat bedoeld is voor dit soort toezicht. De auto is beveiligd en voorzien van allerlei benodigde apparatuur. De politiemensen in dit team onderhouden ook nauw contact met de joodse gemeenschap, zodat ze weten wat er speelt.
De nieuwe werkwijze is vooralsnog een proef. Na een jaar kijkt de politie samen met de gemeente en joodse instellingen of het werkt. Amsterdam besloot tot extra beveiliging van de joodse instellingen na een aanslag in het Joods Museum in Brussel in 2014.