Het systeem is ontwikkeld door de politie, het NFI, het OM en de Hogeschool van Amsterdam. “In het systeem is alle informatie die we hebben over dna-sporen verzameld. Het kan de forensisch experts op een plaats delict helpen om te bepalen welke sporen ze moeten onderzoeken”, vertelt forensisch adviseur Anna Mapes. Ze is als onderzoeker verbonden aan de Hogeschool van Amsterdam.
Volgens Mapes nemen rechercheurs vaak veel sporen mee. “Er moeten dan keuzes gemaakt worden. Rechercheurs doen dat nu vaak op basis van kennis en ervaring, maar niet onderbouwd door data. Dat gaat nu wel gebeuren.”
Volgens De Telegraaf is het nieuwe systeem mede het gevolg van het gebrek aan capaciteit bij het NFI. Hierdoor moet de recherche vaak lang wachten op de resultaten van het onderzoek. Er gaat dan kostbare tijd verloren. Met het nieuwe systeem wordt de beperkte capaciteit beter benut.
Het is voor het eerst dat de politie rechtstreeks kan beschikken over de data van het NFI. De verwachting is dat het nieuwe systeem in de herfst gebruikt kan worden. Op dit moment worden er workshops gegeven om de medewerkers wegwijs te maken.