Op Nederlandse markten worden regelmatig gestolen goederen uit winkels verkocht. Sommige kraamhouders hebben volgens het AD intensief contact met Oost-Europese bendes. De krant baseert zich op een onderzoek naar rondtrekkende roversbendes dat is gedaan in opdracht van het ministerie van Veiligheid en Justitie.
Uit dat onderzoek blijkt dat Nederlanders optreden als tussenpersoon tussen buitenlandse bendes en lokale markten. Een Nederlandse marktkoopman die recent vijftien maanden cel kreeg, regelde onderdak op een recreatiepark voor Roemeense rovers.
Volgens de Centrale Vereniging van Ambulante Handel (CVAH) doen de problemen zich nauwelijks voor bij de reguliere markten, maar vooral bij jaarmarkten en braderieën. Daarvoor zouden vergunningen worden afgegeven zonder dat een gemeente precies weet welke ondernemers er staan met welke producten.
Oost-Europese roversbendes nemen hun gestolen goederen mee naar de woningen of recreatieparken waar ze verblijven en verkopen de spullen aan Nederlandse handelaren. Helers geven volgens het onderzoek bestellingen door aan de dievenbendes. Vooral cosmetische producten die uit drogisterijen zijn gestolen zouden op deze manier verhandeld worden. Het AD schrijft dat de onderzoekers en de CVAH vinden dat gemeenten te weinig doen om de heling tegen te gaan.