Wraak en intimidatie zijn steeds vaker de voornaamste reden voor liquidaties in de criminele wereld. Conflicten die spelen binnen de georganiseerde drugshandel vormen in algemene zin nog steeds de achtergrond van liquidaties.
Dat blijkt uit onderzoek door het WODC naar recente ontwikkelingen rondom een reeks gewelddadige liquidaties die afgelopen decennium in Nederland vanuit de criminele wereld hebben plaatsgevonden. Voor een tweede verkennende studie naar dit fenomeen zijn gesprekken gevoerd met 21 politie- en justitiefunctionarissen uit het opsporingsveld en aanvullende documenten geraadpleegd. In het nieuwe rapport wordt het beeld uit een eerste verkennende studie uit 2017 geactualiseerd.
Volgens het WODC hebben onder andere gekraakte versleutelde tekstberichten die worden verstuurd binnen criminele netwerken geleid tot nieuwe inzichten. Als gekeken wordt naar een deel van de liquidaties die in het afgelopen decennium zijn uitgevoerd, dan gaat niet langer de veronderstelling op dat een liquidatie een ‘uiterste’ middel is om conflicten tussen personen of criminele groepen te beslechten.
Opsporingsfunctionarissen wijzen nu nadrukkelijker op het element van wraak en intimidatie. Dit gewelddadige optreden speelt zich af tegen de achtergrond van ontwikkelingen op de drugsmarkt, waarbij de groei van de internationale cocaïnehandel zich heeft doorgezet in de afgelopen jaren.
Afrekencultuur
Het onderzoek laat een glijdende schaal zien in de verbreding van de doelgroep waar excessief geweld op is gericht. Zo doen liquidaties dienst als interne straf binnen de eigen criminele groep en bestaat er volgens sleutelinformanten, sterker dan voorheen, een ‘afrekencultuur’ binnen de eigen organisatie. Daarnaast blijken liquidaties soms opzettelijk in het bijzijn van familie en kinderen te worden uitgevoerd.
In de eerdere studie werd het risico voor omstanders vooral toegeschreven aan de onervarenheid en slordigheid van schutters. Uit de onderschepte communicatie blijkt dat de opdrachtgever hier soms juist op aanstuurt vanwege het intimiderende effect. Als derde heeft het dodelijke geweld zich uitgebreid naar de kring buiten het criminele milieu.
Van de moord op de vriendin van een crimineel kopstuk in 2014 en de online crime-journalist Martin Kok in 2016 tot de moord op de broer van kroongetuige Nabil B. in 2018 en zijn advocaat in 2019. Het inboezemen van angst bij mensen die mogelijk met de politie gaan praten of ‘in de weg staan’, lijkt hierbij het voornaamste motief.
Verkeerde informatieoverdracht
Verder komt in deze verkennende studie naar voren dat de ruwe en slordige werkwijze van schutters mede kan worden toegeschreven aan de werkwijze en sturing van opdrachtgevers van liquidaties. De sterk gehanteerde taakverdeling bij de voorbereiding en uitvoering van liquidaties leidt tot specialisering van deeltaken.
Dat lijkt efficiënt en professioneel, maar kan tegelijkertijd leiden tot risico’s en fouten bij de feitelijke uitvoering van de moord. Zeker als de aansturing van schutters gebeurt via geschreven korte cryptoberichten. Slordigheid bij de uitvoering van liquidaties lijkt daardoor ook te maken te hebben met verkeerde informatieoverdracht.